De status van beschermde gebieden
19/11/2019 19:00

Foto: Fabian Vas Experience ©
‘Stand van Ons Boszaken’ is een zevendelige serie van Conservation International (CI), Amazon Conservation Team (ACT) en Tropenbos Suriname (TBS). Doel is het Surinaamse publiek informeren over de stand van zaken van onze natuur. Als samenleving moeten we keuzes maken hoe wij omgaan met onze natuurlijke rijkdom. De periode 2020-2025 wordt daarvoor cruciaal.
Waar een autoriteit stelt dat het beheersbaar is, slaat
de milieuactivist luidkeels alarm. Deze serie wil gebalanceerd
informeren, gebaseerd op bestaande data. Als stof voor een
'Natuurdebat' in maart 2020. Ook opdat partijen het bos hoog op hun
agenda zetten. Alle Surinamers moeten aan het debat kunnen
deelnemen. Deze serie draagt bij aan basiskennis. Opdat u niet
alleen de (alarm)klok hoort luiden, maar ook weet waar de klepel
hangt. Deel 2: DE STATUS VAN BESCHERMDE GEBIEDEN.
DE BROWNSBERG IS het oudste en bekendste natuurpark van
Suriname. De ironie wil dat de berg is vernoemd naar de
negentiende-eeuwse Amerikaanse goudzoeker John Brown. Later werd de
Brownsberg onderdeel van de Suralco-concessie maar het bauxiet in
het gebied bleek niet geschikt voor industriële verwerking.
Vanwege het natuurschoon, de flora en fauna van de Brownsberg
kwam bioloog en natuurbeschermer Johan Schulz, toen hoofd van
afdeling Natuurbeheer van Dienst 's Lands Bosbeheer (LBB), op het
lumineuze idee er een natuurpark van te maken. In 1969, vijftig
jaar geleden, werd de Stichting Natuurbehoud Suriname (Stinasu)
opgericht, die het natuurpark in 'erfpacht' kreeg en moest beheren
als 'natuurreservaat'.
Goudwinning in de Brownsberg kent dus een lange historie. Harold
Sijlbing was van 1997 tot 2003 directeur van Stinasu en al vanaf
1971 als vrijwilliger betrokken. "Directeur Schulz heeft altijd aan
de Saamaka-bewoners van de Brownswegdorpen toestemming gegeven om
naar goud te zoeken." Toen waren de gereedschappen pikhouweel,
sjoffel, schop en een baté, en was 'kleinschalige goudwinning'
beheersbaar.

Cameratrapping
HET ESCALEERDE NADAT Braziliaanse 'garimpeiros', gefaciliteerd
door Surinamers, hun intrede deden. Hun werkwijze met graafmachines
en enorme pompen voor de zandmachines werd breed overgenomen. "Dat
is begonnen in de jaren negentig", aldus Sijlbing. In 2012 bracht
het Wereldnatuurfonds (WWF) verslag uit over de illegale
goudwinning in het natuurpark. Het telde maar liefst 54 (clusters
van) mijnen en zijn beschermde status kwam in gevaar.
Het is er sindsdien niet beter op geworden. Zoöloog en ecoloog
Paul Ouboter, verbonden aan de Anton de Kom Universiteit van
Suriname, verricht al decennia onderzoek in het Brownsberg-gebied.
In 2012 startte de Nationale Zoölogische Collectie van de
universiteit een 'cameratrapping'-project. Inmiddels zet Ouboter
het voort onder de stichting Neowild. "Je ziet de goudzoekers, met
name garimpeiros, van beneden steeds hoger komen. Er wordt gemijnd
op allerlei plaatsen waar dat niet zou moeten."
Ook in andere beschermde gebieden worden Ouboter en zijn teams
geconfronteerd met de gevolgen van kleinschalige goudwinning,
vooral in de kreken. "Het gehele ecosysteem gaat eraan. Het wordt
echt een modderstroom en dan zie je de hele fauna veranderen. Dat
betekent dat de voedselketen er heel anders uitziet, want vrijwel
alle vissen zijn verdwenen."
Omringende houtkapconcessies

NIET ALLEEN KLEINSCHALIGE goudwinning zorgt voor bedreiging. Het
'Overzicht Status Bosbouwterreinen' uit 2017 van het ministerie van
Ruimtelijke ordening, Grond- en Bosbeheer (RGB), toont dat alle
natuurreservaten worden omringd of zelfs ingesloten zijn door
uitgegeven houtkapconcessies en gemeenschapsbos met houtkaprechten.
Die worden zelfs in de natuurreservaten uitgegeven, zoals
Brinckheuvel, Copi, Peruvia, het Centraal Suriname Natuurreservaat
(CSNR) en grote delen van de Wanekreek.
"Er ontstaat nu een situatie van landgebruiksconflict", zegt
John Goedschalk, directeur van Conservation International Suriname
(CI-S). "Je hebt een beschermd gebied dat wordt omringd door
houtkapconcessies of men geeft daar binnen een houtkapconcessie of
een gemeenschapsbos weg. Als je niet de capaciteit hebt om dat te
monitoren, dan zal het verloren gaan."
Inmiddels is bijna 3 miljoen hectare uitgegeven aan
houtkapconcessies. Daartegenover staat vrijwel niets op de
jaarlijkse begroting voor natuurbeheer. Het ontbreekt aan
managementplannen en er is aantoonbare bosdegradatie in de
natuurparken. Satellietbeelden en data vanGlobal Forest Watchtonen
dat in elk beschermd gebied sprake is van ontbossing en
bosdegradatie, ook als gevolg van (illegale) houtkap.
Vroeger beheerde LBB actief alle natuurreservaten, tegenwoordig
zijn er nog maar vijftig jachtopzieners om 2,1 miljoen hectare aan
beschermd gebied te 'bewaken'. Dit komt neer op vrij spel voor
illegale praktijken. Ouboter heeft waargenomen dat ook in het
Boven-Coesewijne Natuurreservaat illegale houtkap plaatsvindt. "Er
is veel te weinig tot geen controle."
Criteria natuurreservaten
IN 1978 VERSCHEEN het rapport'Aanbevelingen tot
uitbreiding van het systeem van Natuurreservaten en Bosreserves in
het Surinaamse Laagland', van veldbioloog Pieter Teunissen, in
opdracht van LBB en Stinasu. Tien gebieden werden aanbevolen als
'beschermd gebied'. Sinds de Natuurbeschermingswet van 1954 waren
al negen natuurreservaten ingesteld. Als selectiecriterium gold
'afwisselend natuur- en landschapsschoon' met een 'hoog
natuurtoeristisch en -recreatief potentieel' of 'de aanwezigheid
van belangrijke flora, fauna en geologische objecten'.
Zes nieuwe natuurreservaten in het kustsavanne- en zwampgebied
werden ingesteld op basis van surveys onder leiding van Teunissen.
Daar is het min of meer bij gebleven. "Wil je het gedegen doen, dan
is overzicht nodig van de gehele biodiversiteit van heel Suriname",
zegt Ouboter. Naast 'grote biodiversiteit' als criterium voor
beschermd gebied, zouden ook kunnen gelden: 'endemen' (bijzondere
soorten die alleen voorkomen in een zeer beperkt spreidingsgebied),
'mate van bedreigd gebied' en 'bedreigde diersoorten'. "Maar dan is
wel data nodig en niet van alle gebieden hebben we dat", aldus
Ouboter
Voorkomen moet worden dat 'eilandjes' van beschermde gebieden
ontstaan. "Veel soorten dieren hebben een groter gebied nodig om
met elkaar verbonden te zijn voor genetische uitwisseling.
Bijvoorbeeld voor de jaguar geldt dat over een heel groot gebied.
Anders krijg je verlies van genetische diversiteit, dan loopt zo'n
soort toch gevaar."
foto: Wikipedia / Jan
Willem Broekema
Controle en handhaving
DE BOTTLENECK IS nu het chronische gebrek aan controle en
handhaving. Neowild heeft ook in het Boven-Coesewijne-reservaat
zo'n vijftien maanden aan cameratrapping gedaan. "Maar één keer in
die periode zijn op de beelden jachtopzieners te zien. Je ziet
brommers continu de camera's voorbij gaan met jachtgeweren en
alles. Wij hebben tussen 2017 en 2018 data met elkaar vergeleken en
het aantal zoogdieren is er enorm achteruitgegaan."
De huidige natuurbeschermingswet van 1954 kent maar één status
van beschermd gebied: die van 'natuurreservaat' en in principe
mogen er geen menselijke activiteiten plaatsvinden, met marginale
uitzondering van traditionele rechten van lokale gemeenschappen.
Gezien de huidige omstandigheden kan worden gesteld dat onze
beschermde gebieden de status van 'bedreigd' hebben.
"Het meest fundamentele onderliggende probleem is dat men geen
heil ziet in natuurbescherming", zegt Goedschalk. "Omdat vanuit de
beleving beschermde gebieden economisch niets opleveren." De nieuwe
conceptwet 'Duurzaam Natuurbeheer', in 2018 aangeboden door CI-S
aan het parlement, moet hierin verandering brengen. De conceptwet
kent acht gradaties van natuurbeheer: van heel strikt naar veel
minder strikt, met zelfs commerciële doelstellingen. Ook
particulieren kunnen een aanvraag indienen om een bepaald stuk
gebied te beschermen. Hierdoor kunnen lokale gemeenschappen een
zeer belangrijke rol spelen.
"Laat hen de grenzen voor je bewaken", oppert Goedschalk. Zo
zouden de Matawai de oostgrens van het CNSR kunnen bewaken, de
Arowakken en Caraïben het westen, de Kwintie het noorden en de Trio
het zuiden. "Zo kan je de hele kaart afgaan. De bewoners kennen het
bos in hun gebied beter dan wie dan ook. Het creëert bovendien
lokale werkgelegenheid."
Nauwelijks betrokken
BIJ HET INSTELLEN van Brownsberg en de Ralleighvallen als
beschermd gebied zijn er krutu's gehouden met de lokale
gemeenschappen. "Maar het was niet de consultatieve wijze zoals nu
vereist", zegt Sijlbing. Dat wordt bevestigd door hoofdkapitein
Willem Souvenir van de Kwintie. "In Raleighvallen hebben we onze
heilige plekken. Wij kunnen bepaalde dingen niet doen omdat onze
dorpen er middenin zijn."
De economische betrokkenheid van de Kwintie bij het ecotoerisme
beperkt zich tot vervoeren van toeristen en leveren van gidsen en
vaargeulmannen. Om leegloop van zijn gemeenschap te voorkomen,
heeft Souvenir een werkgelegenheidsplan opgesteld dat goedkeuring
heeft van het ministerie van Regionale Ontwikkeling. Het bevat ook
natuurtoeristische aspecten met focus op het Centraal Suriname
Natuurreservaat. "Sommige toeristen hebben niet eens door dat er
een dorp is. Je komt, ziet vogels en watervallen, maar je krijgt
niets van de lokale mensen mee. Wij hebben veel te bieden."
Ooit wilde Ouboter met bewoners van het dorp Bigi Poika een
duurzaam economisch kaaimannenproject starten. Er waren surveys
verricht en de projectfinanciering was rond. "Maar toen puntje bij
paaltje kwam zei Natuurbeheer: 'Nee, het is een natuurreservaat, er
mag helemaal niets gebeuren.' Nu is het er helemaal een wildwest."
En dit heeft gevolgen voor de biodiversiteit. "Als je alle grote
katten uit een bos schiet, dan zullen de grote knaagdieren toenemen
en worden vrijwel alle boomzaden opgegeten, waardoor veel minder
ontkiemt. Er wordt nu intensief gejaagd op jaguars, dat kan
ernstige gevolgen hebben op den duur."
Sijlbing: "RGB heeft uitsluitend aandacht gegeven aan de G maar
niet aan bos- en natuurbeheer. Het gaat om een tweesporenbeleid. De
overheid moet de grenzen bewaken en de lokale bevolking maximaal
erbij betrekken. Zolang je zo'n groot oppervlak centralistisch wil
beheren, dan gaat dat niet lukken.".-.
Als u vragen heeft over dit artikel kunt u contact
opnemen met Els van Lavieren van CI-S per e-mail evanlavieren@conservation.org
Lees
hier deel 1: De status van ons bos
Lees hier deel 3: Onze rivieren en goudwinning